index   kalender   koncertberichten   on the road   kolofon  

Logos Women op Perfomedia Festival, Bergamo

Perfomedia Festival 2011 in Bergamo (Ponte Nossa),
Italy, 24-26 / 6 /2011
with the LOGOS WOMEN

The Logos Women, FRANÇOISE VANHECKE (voice and soundscapes) HELEN WHITE (sound poetry) and the founder of the group, MONIEK DARGE (Music Boxes, sound poetry, violin and soundscapes) will perform their own work at the Perfomedia Festival 2011 in Ponte Nossa, Italy. The Logos Women are a pool of female performers and composers collaborating in many different ways together. As soundscapers they present collective compositions realised with recorded sounds, for example from Crete, and they also perform their own sound and visual poetry or tell you funny stories to accompany the Music Boxes Moniek has made herself. Their performance is both creative and humorous and appealing to both children and adults.

For more info:
http://www.logosfoundation.org/logos_women.html
http://www.francoisevanhecke.com
http://www.krikri.be/helen
http://www.logosfoundation.org/helen/index.html
http://www.logosfoundation.org/index-mon.html
http://www.logosfoundation.org/muziekdozen-mon.html
http://artestudiomorandi.blogspot.com
http://lineainfinitamultimediale.blogspot.com





Moniek op studiereis naar Zuid-India (deel 4)

Ashrams:
Op de derde dag van onze India-reis staat ook een verrassing op het programma en dat blijkt uiteindelijk een bezoek aan een ashram te zijn. Als ik eerlijk ben, moet ik bekennen dat ik niet eens wist wat een ashram nu juist was en al vlug zal ik ontdekken dat het helemaal niet 'my cup of tea' is. Op onze ganse tocht zullen we welgeteld maar 2 ashrams bezoeken. Bij de eerste krijg ik reeds een vaag wee gevoel in mijn maag, maar bij de tweede ashram schrik ik mezelf haast een ongeluk van de heftigheid van mijn negatieve emoties.

Een ashram blijkt een leefgemeenschap te zijn rond een goeroe en onze eerste ashram blijkt deze van Sri Swamiji te zijn, een goeroe die ondertussen geen woord meer spreekt. De ondertitel van de brochure over hem geschreven, vermeldt "His Divine Personality & Mystic Music". Die "Music" intrigeert me wel en ik hou mijn opnameapparatuur klaar in aanslag.


Toegang tot de tempel van de ashram

Oranje gids

We zijn nog maar net het poortgebouw van een wel heel erg uitgestrekt domein onderdoor gelopen, of we worden met aandrang verzocht onze schoenen uit te trekken. Aha, gewijde grond, maar we zijn hier wel niet in een tempel. Een rondbuikige man in oranje gewaad, komt ons uitleg geven en de belangrijkste leerstelling hier komt erop neer dat alle vormen van spiritualiteit in feite één zijn.

Religies lijken van elkaar te verschillen, maar zijn dat niet. Alle goden, geesten, goeroes enz. zijn ook in wezen één. De lange wandelpaden zijn links en rechts afgezoomd met sokkels waarin een dag en een maand zijn gebeiteld, zodat iedereen die de ashram binnenkomt zijn beeld kan opzoeken en zo via de beelden die op de sokkels prijken, bescherming kan vragen aan een of andere godheid of geest. Wel een slimme truk, want ik betrap er mezelf op reeds uit te kijken naar "mijn" sokkel met "mijn" 11 mei op.


Mulikeshwara: kruidengod

Shiva Lingam

We komen langs een kruidentuin waarvoor een gigantisch terracottabeeld prijkt van een medicinale kruidengod en hier kan je terecht voor de genezing of voorkoming van allerhande kwalen. Een eindje verderop bij de ingang van één van de vele heiligdommen verrijst een smalle hoge sokkel uit allerhande halfedelstenen opgetrokken. Het geheel is bijzonder kleurrijk en helemaal bovenaan ontwaar ik een Shivalingam, een ovale steen die de penis van de god Shiva en dus de vruchtbaarheid symboliseert. De goedlachse gids spoort ons allen aan de sokkel aan te raken eer we naar binnen stappen.

In de halfduistere zaal ontwaren we beelden van Christus, Boeddha, hindoeïstische goden en geesten allerhande en hoe dieper we de duisternis intreden hoe duidelijker de etherische muziek wordt die hier zachtjes weerklinkt. Ook portretten van Sri Swamiji en zijn moeder prijken aan de wanden. Mijn Zoom-opnemertje plukt stiekem de muziek uit de ruimte. Ik hou mijn adem in, want alles klinkt bijzonder stil en hol. Benieuwd naar het resultaat. Behoedzaam zet ik mijn schoenen neer, om niet teveel bijgeluiden te produceren. Zo lijk ik echt wel super respektvol door de ruimte te schrijden.

Helemaal achteraan in de diepte staat een duister altaar omvat met bloemenkransen en kaarsen. Na het bezoek aan deze mystieke hall, worden we uitgenodigd in een helder vertrek om plaats te nemen aan lange tafels. We krijgen verrukkelijke Masala-thee aangeboden en enkele versnaperingen en tijdens deze zoete maaltijd mogen we honderduit vragen stellen. Aan het hoofd van de tafel zit niemand, zodat we perfekt uitzicht hebben op het portret van "de moeder" van de goeroe, want tenslotte is alles begonnen bij haar.

Wanneer we uiteindelijk terug in de openlucht komen, is de duisternis reeds ingevallen en zodra ik onze oranje gids vraag nog eens de naam van de goeroe te willen noemen, spurt hij eensklaps weg en keert terug met een stapel introduktieboekjes en folders, die hij vol begeestering aan ons uitdeelt. Even heb ik er spijt van hem nog een vraag gesteld te hebben, maar zo zullen we tenminste iets meer aan de weet komen over wat voor ashram we nu precies bezocht hebben. Op de bus wordt het evenwel reeds vlug duidelijk dat we niet veel wijzer zullen worden uit dit soort new-age-achtige teksten. Stilletjes zit ik voor me uit te staren, me afvragend wat dit alles moet betekenen voor wie in zo'n ashram verdwijnt.


Tiruvannamalai

Met onze tweede ashram maken we pas kennis op het eind van de reis. Het verschil is groot. Deze maal gaat het om de Ramanaashram te Tiruvannamalai in de Tamil Nadu provincie (het vroegere Madras). Onze gids woont in deze stad, of schrijf ik eerder "dit stadje", naar Indiase maatstaven. Ze is zeer begeesterd door deze ashram, hoewel ze Ramana niet als haar goeroe ziet, maar een zekere Rada, een vrouw die verklaart geen goeroe te zijn.

align="right" hspace="5">Reeds vanaf de toegangspoort, waar we weer onze schoenen moeten achterlaten en op de kiezels verder hinken, stoot iets, maar wat?, me fel tegen de borst. Is het omdat een sterveling zich laat vereren als heilige? Overal is Sri Ramana afgebeeld. Overal hangen bloemenslingers voor de kaders. In de grote hall waar zich zijn as zou bevinden, is de devotie te snijden. Sommige pelgrims liggen zelfs languit op de grond. Iets begint ziedend in me te koken. Ik schrik van mijn eigen heftigheid en beslis maar vlug de openlucht op te zoeken. Maar er is geen ontkomen aan, zijn portret bevindt zich echt overal. Op een binnenkoer wordt ook een hond en een koe vereerd. Ik verlaat maar vlug de ashram en besluit wijselijk af te zien van het bezoek aan de Sri Ramana-grotten. Voor mij geen goeroes alstublieft. Maar o wee, op de hotelkamer wacht ons een fris flesje mineraalwater. Naam? Ramana-water. Er is hier geen ontkomen aan.

 
Sri Ramana



Rijstveld met kwakende kikkers

Ook Jackie de hond wordt aanbeden...

Reeds de ganse reis intrigeren de ogen van Charlotte me. Ze dragen een schitterende fonkel in zich, die me echt zeldzaam voorkomt. Waar haalt ze die vandaan. Waardoor of door wie is ze zo begeesterd, vraag ik me af. Zeker niet door Ramana, zoveel is zeker. Op de vele portretten van hem, zie ik nergens zo'n krachtige blik. Misschien van Rada? Ik ben zo gefascineerd door die ogen dat ik me voorneem Rada kost wat kost te ontmoeten.

Of we met haar zouden kunnen kennis maken, is volgens Charlotte niet zeker. Charlotte gelooft sterk in determinisme en of we Rada zullen ontmoeten hangt niet van haar af, maar zal gebeuren indien het moet gebeuren. "Wellicht komt ze morgenavond naar een boekvoorstelling in de ashram", antwoordt onze gids me, op mijn navraag. Maar ik heb mezelf beloofd daar niet meer binnen te gaan, dus moet ik er iets anders op zien te vinden.

Het lot is met mij, om het op z'n deterministisch te zeggen: Charlotte moet Rada nog een koffer brengen, ze woont vlak bij ons hotel en ik loop onze gids net op dat moment op het lijf. Ik laat me door niets en niemand afschepen en vergezel Charlotte tot aan Rada's woning. Of Rada me zal willen ontvangen, hangt er volgens Charlotte nog van af. "Maar ik wil alleen haar ogen zien", overtuig ik Charlotte. "Heeft zijn ook zo'n mystische twinkel als jij in haar blik? Dat vraagt echt geen tijd". We komen bij Rada's huis aan. Het komt me voor als een soort betonnen villa met veel potplanten rondom. Aan de overzijde van de straat ligt een rijstveldje vol luidruchtig kwakende kikkers.

De poort opent zich en onze schoenen moeten alweer uit. Eerst moet ik nu lang in afzondering wachten in een garageachtige ruimte, of ze me wel ontvangen wil. Aan het plafond hangen aan lange veren veel zwevende Hanumannen (hindoeistische god en beschermer van de echtelijke trouw). Ze zijn in fluo pink gespoten. Het lijkt wel een sixties kunstwerk. Op blote voeten staan wachten. Het duurt lang.

Uiteindelijk mag ik naar boven, of was het enkel naar achter. Mijn hart bonst. In de nieuwe ruimte zitten nog twee personen, behalve Charlotte en ik. Rada laat op zich wachten. De twee konverseren gemoedelijk over Arabië, waar ze blijkbaar net vandaan komen. Ze besteden nauwelijks aandacht aan mij. Wat zit ik hier te doen, vraag ik mezelf zo stilletjesaan meer en meer af.

Enkele volgelingen -bedienden?- allen in het oranje gehuld, lopen rond. Was er één met ontbloot bovenlijf bij, zoals een brahman? Of heb ik me dat verbeeld? Ik krijg een kopje thee. Het wachten duurt nu echt onnoemelijk lang. De wijzers van de wandklok kruipen vooruit. Alles ziet eruit als in een Newyorkse loft. Ook een pak komputers... een organisatie? Een grote Zeeman-tijger boven een rustbed. Veel fluo kleuren. Veel hindoeprenten met zoeterige goden en godinnen. Een verscheurend monster ook.



"Lakeien lijken die bedienden wel", flitst door mijn hoofd. Charlotte draagt ook oranje, valt me eensklaps op. Alleen ik niet. Na een goede driekwartuur wachten verschijnt eindelijk Rada... gesluierd in het zwart. Van kop tot teen in zwarte kleren. Enkel de toppen van haar zwarte haar zijn onder haar hoofddoek zichtbaar. Twee keiharde zwarte ogen staren me spottend aan. Ze proest het uit van het lachen: "She only wanted to see my eyes."

Iedereen giert van het lachen. Ik voel me echt geraakt, maar laat wijselijk niets merken. Ik wil hier zo rap mogelijk weg. Rada verklaart haar oranje volgelingen dat ze zich zal voordoen als de Arabische zus van haar gast en zo verkleed naar de ashram zal gaan. Ze proest het uit dat die ganse maskerade ingegeven is door mij, omdat ik enkel haar ogen wilde zien. Het lijkt me wel een Newyorkse performance, alleen gaat het hier door voor echt. Rada laat zich nu ook nog zwarte kanten handschoenen aantrekken. Haar ogen blijven spotten en ik merk er geen ziertje schittering in. Charlotte heeft gewoon die prachtige ogen uit zichzelf!



We moeten alweer wachten op Rada eer we naar buiten kunnen gaan. Charlotte biedt me nogmaals aan achterop haar brommertje mee te rijden naar de ashram. Ik bedankt feestelijk. Eens buiten gekomen verstop ik me in het stikdonker naast de weg, om zodra iedereen vertrokken is, het geluid van de kikkers in de rijstvelden op te nemen. Nog geen drie maanden later vernemen we het bericht dat Rada zelfmoord pleegde, door zichzelf in brand te steken. Neen, niet om politieke redenen. Waarom blijft een onbeantwoorde, open vraag.

(wordt vervolgd)
m.d.