index     kalender     koncertberichten     logos on the road     kolofon

 

Koncertberichten

 

<M&M> Techno / Ambient

dinsdag 14 maart om 20u

'Robots go Techno' is zowat het motto van deze nieuwe koncertproduktie van het Logos <M&M> orkest. Nu alle rock definitief rimpelrock is geworden was het de hoogste tijd om eens een frisse duik te nemen in een aantal erg interessante aspekten van de door velen ten onrechte verguisde techno- en ambient muziek. Het spel met muzikale aksent- en timbre verschuivingen, de zin voor het interne detail van de gebruikte klankkleuren (samples) maken immers dat deze muziek heel wat aanknopingspunten heeft met algoritmische muziek uit de meest geavanceerde experimentele muziekscenes. Maar ook op expressief vlak betekent deze muziek een radikale afwijzing van verleden en verleden liefdes ten bate van een extravert hedonisme ontdaan van persoonsverheerlijking, egotisme en idolatrie.
Natuurlijk hebben we geraakt aan een van de fundamenten van de techno muziek: immers de geluiden van onze robots zijn zuiver akoestisch, terwijl het elektronisch geluid toch erg typerend is voor de echte techno. In welke mate de technische metode van klankopwekking in onze robots in staat is ook dit aspekt te hertalen, behoort tot het experimentele opzet van dit koncert.
Medewerkers aan deze koncertproduktie zijn: Elements of Sci-Fi (Nikita & Sveta Chudjakov), Kristof Lauwers, Sebastian Bradt, Moniek Darge, Xavier Verhelst, Kris De Baerdemacker, Marian De Schryver e.a. Het geheel staat onder leiding van Godfried-Willem Raes, die speciaal ter gelegenheid van dit koncert een nieuwe robot ontwierp <Psch>, om daarmee tegemoet te komen aan een specifieke kompositorische behoefte bij de hertaling van techno naar de mogelijkheden van onze robots.



Elements of Sci-Fi

<Psch>

Deze automaat ontstond in eerste plaats op vraag van vele komponisten en medewerkers aan de uitbouw van ons robotorkest naar een automaat die in staat zou zijn ook het 'omgekeerd cimbaalgeluid', zo typisch voor techno muziek, te produceren. Onze eerste ideeen terzake gingen in de richting van perslucht, gekontrolleerd ontsnappend in een of andere resonator. De proeven daarmee verliepen uitstekend en erg overtuigend maar, de perslucht diende wel een druk te hebben van ca. 10 Bar. Op zich geen probleem want de kompressor in ons atelier levert dat op zijn sokken. Echter, na enkele minuten geluidsproduktie was het voorraadvat leeg en schakelde de kompessor aan met een oorverdovend lawaai voor gevolg. De kompressor heeft nochtans een groot label 'silent compressor', maar wat zo'n slogans betekenen weten we onderhand natuurlijk ook wel. Het vooruitzicht op reis te moeten trekken met een op voorhand gevuld vat perslucht van minstens zo'n 500 liter, leek ons niet direkt een aantrekkelijk alternatief. Dan maar langs elektrische weg geprobeerd. Uiteraard hadden we reeds enige ervaring opgebouwd met donderblikken, onder meer bij de bouw van <Thunderwood> waarin een groot hard-messing donderblik werd geintegreerd, maar de besturing daarvan was veel te traag voor wat ons hier voor ogen stond. Hier hadden we behoefte aan uiterst dunne metaalbladen (veerstaal of inox) van relatief kleine afmetingen en erg snelle elektromagnetische drivers. Daarmee hadden we reeds heel wat ervaring opgedaan, lang geleden, bij de bouw ontwikkeling en kompositie van projekten zoals 'Hex' en later, Holosound. Daarin maakten we gebruik van heel dunne staalbladen opgehangen aan, of aangebracht tussen, twee piezoelektrische transducers. In de bladen konden we zo uiterst rijke en geschakeerde geluiden en klanken opwekken, mede door gebruik te maken van komputer gestuurde feedback (cfr. onze multidimensionele oscillatoren uit de jaren '70 van vorige eeuw). In die projekten werden de trillingen van de bladen evenwel elektronisch versterkt en zo naar de luisteraar gebracht. Versterking evenwel staat haaks op het koncept van het robotorkest zoals ons dat hier voor ogen staat. Alle robots in het robotorkest werken immers voor hun geluidsproduktie zuiver akoestisch.
In het uiteindelijke ontwerp, implementeerden we 12 trilplaten in inox van verschillende dikte en afmetingen, aangedreven door sterke elektromagneten met lichte hefbomen in licht aluminium. De geluidsterkte is een funktie van enerzijds de exitatie kracht maar wordt anderzijds begrensd door de totale oppervlakte van de folie. Hoe groter het oppervlak hoe groter ook het dynamisch bereik van de beschouwde plaat. De ruiskarakteristieken (bandbreedte en kleur) daarentegen blijken een funktie te zijn van de materiaaldikte en, daar deels ook mee gekorreleerd, de stijfheid of elasticiteitsmodulus. Voor wat dit laatste betreft bleek gehard martensitisch inox veruit het beste resultaat op te leveren.
<Psch> werd ontworpen om te worden opgehangen. Uiteraard dient de ruimte daarvoor mogelijkheden te hebben die aan de stevigheidsvereisten voldoen. Eventueel kan <Psch> ook op de bodem worden opgesteld, opgehangen in het daartoe ontworpen bijhorend statief. De klankprojektie is dan evenwel niet optimaal, tenzij de vloer zelf niet geluidsabsorberend is. Ter bescherming van de allerdunste metaalfolies (0.02mm is werkelijk flinterdun!), plaatsten we deze in het midden van de automaat en de dikste platen (0.3 en 0.4mm) aan de beide buitenzijden.






MAKIKO GOTO (koto) & JEREMIAS SCHWARZER (blokfluit)

donderdag 16 maart om 20u

programma:

  • Yatsuhashi Kengyô (1614-1685) - Rokudan no Shirabe (versie voor blokfluit en koto)
  • Makoto Shinohara (°1931) - Fragmente Duo (1998) (blokfluit en koto)
  • Dokyoku Schule (13de eeuw) - Yamagoe (bewerking voor blokfluit: Tony Clark en Jeremias Schwarzer)
  • Erwin Koch-Raphael (°1949) - composition no.60 (shôgo/noonday) (2005) (blokfluit en koto)
  • Annette Schlünz (°1964) - light of the one (2006) (blokfluit en baskoto)
  • Dokyoku Schule (13de eeuw) - Daha (bewerking voor blokfluit: Tony Clark en Jeremias Schwarzer)
  • Toshio Hosokawa (°1955) - Nocturne (1982) (baskoto)
  • Misato Mochizuki (°1969) - Toccata (2005) (blokfluit en koto)



Misato Mochizuki - Yatsuhashi Kengyô - Annette Schlunz

Hoe klinkt moderne muziek in onze huidige geglobaliseerde wereld? Deze vraagstelling wordt konkreet gemaakt door het voorbeeld van de Japanse traditionele muziek. De koto (citherinstrument) kwam in de 7de eeuw vanuit China in Japan terecht als één van de Gagaku-instrumenten. Daarna ontwikkelde het zich tot een solo-instrument met als hoogtepunt het repertoire van Yatsuhashi Kengyo in de 17de eeuw. In diezelfde en de volgende eeuw stond in Europa de blokfluit volop in de belangstelling tijdens de barok. Ten tijde van de oude muziek beweging in de twintigste eeuw kreeg ze opnieuw aandacht waardoor ook hedendaagse komponisten werken voor dit instrument begonnen te schrijven.

Uit Rokudan no Shirabe (Muziek in zes delen) van Yatsuhasi Kengyo spelen de uitvoerders drie delen (I, IV en VI) die door het versnellende tempo een duidelijke opbouw vertonen. Erwin Koch-Raphael (°1949) en Toshio Hosokawa (°1955) studeerden beiden bij de komponist Isang Yun in Berlijn en beiden laten zich beïnvloeden door de Japanse muziek. Hosokawa schept moderne, rituele muziek die het krachtige van de bas-koto met het voorname van de Japanse muziektraditie verenigt.

Misato Mochizuki (°1969) is gekend om haar energieke en levendige stijl met pulserende ritmes. "Westerse" of "Oosterse" invloeden zijn bij haar moeilijk te herkennen. Na haar studies in Tokyo trok ze naar Parijs waar ze bij Paul Méfano en Emmanuel Nunes studeerde. Ze volgde ook kursussen in Darmstadt en aan het IRCAM (Parijs) bij Brian Ferneyhough en Tristan Murail.
Deze Japanse komponiste heeft voor tal van gerenommeerde ensembles en orkesten werk geschreven en zag het gespeeld worden door o.a. het Washington National Orchestra, Ensemble Intercontemporain, Contrechamps, 2e2m, Klangforum Wien, Nieuw Ensemble en MusikFabrik.

Makoto Shinohara (°1931) heeft als één van de eerste Japanse komponisten westerse en japanse instrumenten in een konsekwent modernistische stijl verenigt. "Fragmente Duo" was origineel een werk voor blokfluit solo (Fragmente - 1962) maar later voegde hij een kotopartij aan deze kompositie toe. Dit is de omgekeerde werkwijze van Rokudan no Shirabe dat in het begin van het koncert gespeeld wordt en dat origineel voor koto solo is maar waar de uitvoerders een blokfluit partij aan toevoegden.

Ten slotte staat er ook een werk van Annette Schlunz (°1964) op het programma. Deze komponiste geniet vooral in Duitsland enige bekendheid om haar subtiele en kleurrijke komposities.



Jeremias Schwarzer - Makiko Goto

Jeremias Schwarzer (°1969) is al sinds zijn vierde levensjaar begeesterd door de blokfluit. Hij speelt vaak met muzikanten als Carin Levine (Fluit), Makiko Goto (Koto), Hille Perl (Gamba), Teodoro Anzellotti (Accordeon), Lee Santana (Luit), Kai Wessel, (Contratenor) en Egon Mihajlovic (klavecimbel). In 1992 haalde hij twee eerste prijzen op de Internationale Blokfluitwedstrijd van Calw, één als solist en één als lid van het Trio Diritto. In 1999 was dit trio reeds te gast in Stichting Logos.
Jeremias Schwarzer werkt niet alleen vaak samen met jongere, onbekende komponisten bij het kreëren van nieuwe werken maar ook met gerenommeerde komponisten als Carola Bauckholt, Myriam Marbe, György Kurtág, Rolf Riehm of Caspar Johannes Walter. Momenteel geeft hij blokfluitles aan de Musikhochschule van Nürnberg. Hij was ook gastdocent aan o.a. de Musikhochschule Wien en de New York University.

Makiko Goto (°1963) legt zich zowel op de traditionele Japanse muziek als op de hedendaagse muziek toe. Ze speelde werken van komponisten als Keiko Harada, Bernhard Lang, Hiroyuki Itoh, Makato Shinohara, Gerhard Stäbler, Misato Mochizuki en Toshio Hosokawa. Verschillende van deze nieuwe komposities werden aan haar opgedragen. Sinds 1992 woont ze in Nederland. Daarvoor behaalde ze in Tokyo aan de Sawai Koto-school haar diploma als "Shihan" (Meester). Ze gaf vervolgens les etnische muziek aan de universiteit van Hawaï waar ze ook een koto-school oprichtte. Makiko Goto kreeg uitnodigingen om koto-koncerten te geven aan universiteiten, radio stations en koncertzalen in Japan, Duitsland, Frankrijk, Oostenrijk, de VS en Canada. Als soliste in de kotokoncerto's van Maki Ishii, Jimmy Lopez, e.a. stond ze vaak op het podium met orkesten in Europa en de VS.



Yatsuhashi Kengyô





Muziek in de Maak II
festival met jonge experimentele muziekmakers
uit binnen- en buitenland


dinsdag 28, woensdag 29 en donderdag 30 maart om 20u.

dinsdag 28 maart:


programma:

  • Riccardo Spiritini (IT): "Tiro al Fantoccio" performance, video & muziekautomaten
  • Roeland Luyten : "Nachtbraak" voor muziekautomaten & elektro-akoestische klanken op CD
  • Lieve Vanderschaeve & Stijn Wuytens: "Dandelion" video & elektro-akoestische klanken op CD
  • Annelies Van Parys & Isabel Bouttens: "absence" video (animatie) & piano (Heleen Van Haegenborgh)

De multimediaproduktie "Tiro al Fantoccio" van Spiritini is een werk voor performer, live elektronika, automatische piano en video (gemaakt door Oriol Vilapuig en Mim Juncá). Het werk kende verschillende opvoeringen in Spanje en een onderdeel (voor automatische piano) werd bekroond met de internationale Malipiero kompositieprijs in Italië. Bij een bezoek aan Logos raakte Spiritini begeesterd door de talrijke Logos muziekrobots en besloot hij een nieuwe versie te maken van deze multimediaproduktie waarin verschillende van de Logos muziekautomaten gebruikt worden. Spiritini zelf omschrijft het werk als een "anti-heroïsch cinema avontuur" waarin met de nodige ironie de onzekere mens en de geëmancipeerde machine tegenover elkaar geplaatst worden. Inspiratie vonden de makers in de vroege cinematografische technieken (schaduwen, animatie met objekten).
In het werk van Riccardo Massari Spiritini (°1966) speelt niet enkel de live elektronika een belangrijke rol maar ook automatische instrumenten. Spiritini studeerde in Italië (Verona) piano en kompositie, daarna zette hij zijn studies verder in Nederland aan het konservatorium van Den Haag. Zijn lesgevers waren o.a. Clarence Barlow, Richard Barrett, Joel Ryan en Konrad Boehmer. Hij volgde ook masterclasses bij Louis Andriessen, Gyorgy Ligeti, Walter Zimmerman en Gyorgy Kurtag. Als performer van live-elektronika stond hij op podia in Italië, Nederland, Spanje, Portugal, Zwitserland en Kroatië en speelde hij samen met o.a. Butch Morris, Steve Heather, Anne la Berge, Richard Barrett, Cor Fuhler, Marko Ciciliani, Xu Fengxia, Gert Jan Prins, Harry Sparnaay en Wiek Hijmans.

"Nachtbraak" is een werk voor muziekautomaten en elektronische klanken dat Luyten in 2005 in opdracht van Stichting Logos komponeerde. Door zijn interesse in elektronische muziek en in algorimiek was hij de geknipte persoon om met Logos samen te werken. Dit indrukwekkende stuk buit de mogelijkheden en klankkleuren van de muziekrobots ten volle uit en maakt een geslaagde versmelting tussen deze akoestische instrumenten en de elektronische klanken. Deze laatste werden verkregen door samples van de automaten op te nemen en daarna elektronisch te bewerken (vnl. met granulaire syntese). Op dit koncert zal een herwerking te horen zijn van de eerste versie die in 2005 in Logos in première ging.
Roeland Luyten (°1977) begon in 1996 aan zijn hogere studies dwarsfluit op het konservatorium te Antwerpen en zette die vanaf 1999 verder aan de Fontys Hogeschool te Tilburg, waar hij in 2002 afstudeerde als uitvoerend musikus. In 1997 begon hij zijn studies elektro-akoestische muziekkompositie bij Joris de Laet in het konservatorium van Antwerpen. Het werk van Roeland Luyten werd gespeeld op festivals van elektronische muziek in het Kolveniershof te Antwerpen, Logos te Gent, le theatre de Jacques Coeur te Bourges, Musica Viva festival in Lissabon en Clingfilm (voor Brugge kulturele hoofdstad 2002). In 2000 komponeerde Roeland de klankband voor de dansvoorstelling "Nine floor scenes" van Andy Deneys. In 2002 werkte hij aan de muziekkompositie voor de dansvoorstelling "roest" van Ugo Dehaes. Deze klankband kreeg in 2004 een nominatie voor multimedia op de 31ste "concours international de musique et d'art sonore électroacoustique" van Bourges 2004. In 2004 maakte hij het geluidsontwerp voor de dansvoorstelling "X'xy" van Kataline Patkaï (te "Mains d'oeuvres", Parijs). Hetzelfde jaar werd hij terug gevraagd als geluidsontwerper voor het nieuw werk "rozenblad" van Ugo Dehaes (een produktie van "Laika"). In december 2004 voorzag hij ook de vernissage van François Schuiten en Benoît Peeters van een soundscape, een tentoonstelling georganiseerd door V.Z.W. BeeldBeeld.

In 2001 schreef Van Parys reeds muziek voor "Maanvis", een poëtische animatiekortfilm van Isabel Bouttens die voor heel wat festivals in binnen- en buitenland geselekteerd werd en de eervolle vermelding voor animatiefilm kreeg in de kortfilmkompetitie van het Filmfestival van Vlaanderen, Gent 2003. "Absence" (solo piano) is het resultaat van een nieuwe samenwerking tussen beide en de première van de "soundtrack" vindt plaats op het Muziek in de Maak festival. Of de animatiefilm af zal zijn en vertoond kunnen worden is op dit moment nog niet zeker.
Annelies Van Parys (°1975) studeerde aan het Koninklijk Conservatorium van Gent, piano bij Johan Duijck en kompositie bij Jan Rispens, Octaaf Van Geert, Godfried-Willem Raes en vervolgens bij Luc Brewaeys. In 2001 werd haar de prijs Vlaanderen-Québec toegekend voor Phrases V, een stuk dat ze eerder dat jaar geschreven had naar aanleiding van het Internationaal Compositieseminarie van Ictus waarvoor ze 1 van de 10 geselekteerden was. Sindsdien voerden al heel wat ensembles werk van haar uit (Goeyvaerts Consort, VRK, Apsara,…). Ze kreeg in 2004 ook de Prijs Jeugd en Muziek voor kompositie toegekend. Haar orkestwerk Einklang werd in november 2005 officieel gekreëerd door het Vlaams Radio Orkest in het koncertgebouw van Brugge. Verder stonden er nog heel wat kreaties en uitvoeringen in binnen- en buitenland (België, Canada, Groot-Brittannië, Rusland, Kroatië) op het programma door gerenommeerde ensembles als het Phoenix Trio, Arco Baleno, het Nationaal Orkest van België, I Solisti del Vento en het Spectra Ensemble. In 2006 staan kreaties op stapel door Collegium Instrumentale Brugense, Champ d'Action en de Filharmonie.

Beeldend kunstenares Lieve Vanderschaeve maakt installaties, schilderijen, performances en videokunst. Na haar studies wiskunde aan de universiteit van Gent studeerde ze schilderkunst aan de Sint-Lucas Academie van diezelfde stad. Nu woont en werkt ze in Bonn, Duitsland. Haar werken waren te zien in galerijen in Duitsland, België en Italië.
Negen jaar lang was Stijn Wuytens de huis-DJ van het kultuurcentrum "zaal België". Hij bracht in eigen beheer een viertal albums uit waarop vooral zijn sampler te horen was. Daarnaast speelt hij trompet en schrijft hij voor muziekmagazines als Gonzo Circus en Dreun. Lieve Vanderschaeve en Stijn Wuytens maakten samen een vijftal audiovisuele werken waarvan er op dit koncert zeker één te horen zal zijn.


werk van Lieve Vanderschaeve





woensdag 29 maart: Electronic Hammer (VS) & Stefan Prins (B)

programma:

  • Electronic Hammer - improvisation
  • Ricardo Giraldo - De go
  • Stefan Prins - nieuw werk
  • Jeff Herriot - Aluminum Leaves
  • J. S. Lach Lau - Pantaleon

Als inspiratiebron voor "De go" (voor tabla en komputer) gebruikte Giraldo elektrokardiogrammen van patienten met een onregelmatige hartslag. De hartslagen zette hij om in een dialoog tussen de tabla (hindu slagwerk) en de live elektronika. Het stuk is ontstaan tijdens workshops met het Electronic Hammer trio en is ook het tweede deel uit EKG (2002), een werk dat eveneens gebaseerd is op elektrokardiogrammen en dat voor de Slagwerkgroep Den Haag gekomponeerd werd.
Het werk van Ricardo Giraldo (°1971, Columbia) vermengt beeld en geluid tot één geheel. Hij maakte reeds verschillende audio-visuele werken met live elektronika en video. Giraldo trok na zijn studies (muziekkompositie en grafisch design) in Mexico naar Nederland waar hij o.a. bij Louis Andriessen studeerde. Hij is sinds 2001 composer in residence bij het Nederlandse Residentie Orkest en zijn werken werden reeds gespeeld in landen als Australië, Equador, Cuba, Ierland, Argentinië en Mexico op festivals als Gaudeamus Music Week Competition, Sydney Spring Festival (AU), Rumori Festival (NL), Foro Internacional de Musica Nueva Manuel Enriquez (MX), Arte 01 (MX) en Barcelona Arte Contemporaneo (ES).

Jeff Herriott over zijn stuk Aluminium Leaves: "Ik ben gefascineerd door de muzikale mogelijkheden van The Electronic Hammer, in het bijzonder door de manier waarop ze als uitvoerders de elektronika behandelen. Ik heb geprobeerd om een stuk te schrijven dat past bij hun talenten. Daarom heb ik een partituur gemaakt met "open" instrukties voor de elektronika. Zo kunnen de komputer performers Juan Parra en Henry Vega hun muzikale expertise gebruiken net zoals Diego Espinoza dat doet als perkussionist - door gebruik te maken van geraffineerde technische mogelijkheden en van de eigen oren een zo goed mogelijk stuk brengen, gebaseerd op de aanwijzingen met noten, ritmes en luidsterktes die ik op papier gezet heb. Aluminium Leaves werd gekomponeerd voor The Electronic Hammer in 2005."
De komposities van Jeff Herriott worden vooral in de VS gespeeld door o.a. de perkussionist Greg Beyer, basklarinettist Michael Lowenstern, klarinettist Guido Arbonelli, Arraymusic Ensemble (CAN), Schallspiel, the Syracuse Society for New Music, Contact Contemporary Music, the UW-Whitewater Symphonic Wind Ensemble en the Glass Orchestra. Jeff Herriott is als assistent professor verbonden aan de University of Wisconsin waar hij kursussen audio, multimedia, muziektechnologie en kompositie doceert. Zelf studeerde hij in Buffalo en Florida.

Juan Sebastián Lach Lau (°1970, Mexico City) speelde mee in verschillende improvisatie en experimentele jazz ensembles (Psicotrópicos, the Improvisers Ensemble, Wako Texas). Hij schreef ook werken voor teater, film, video en radio en zijn kamermuziek en elektronische stukken werden gespeeld in Mexico, Nederland, Spanje en Brazilië. Na zijn studies wiskunde en kompositie in Mexico City trok hij naar het Konservatorium van Den Haag waar hij lesgevers als Clarence Barlow en Gilius van Bergeijk had. Momenteel verricht hij onderzoek aan het IPEM in Gent.

Komponist en improvisator Stefan Prins (°1979) studeerde piano aan de plaatselijke muziekakademie en kwam na het horen van een koncert van Fred Van Hove via de hedendaagse muziek in de vrije improvisatiemuziek terecht. In 2001, werd zijn strijkkwartet 'Zeven Metamorfosen' bekroond op de Aquariuswedstrijd voor kompositie in het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel. In datzelfde jaar begon ook een verblijf in Barcelona waar hij een duo oprichtte met de improvisatiemuzikant Horacio Curti (shakuhachi). Toen hij in 2002 terugkeerde, richtte hij met Nicolas Rombouts, Joachim Deville´ en Thomas Olbrechts het improvisatiekwartet kollektief reFLEXible op en speelde met hen op het Free Music Festival waar hij drie jaar eerder Fred Van Hove hoorde. Nadat hij in datzelfde jaar afstudeerde als burgerlijk ingenieur, startte hij aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium piano- en kompositiestudies, waar hij tot op heden studeert. In 2004-2005 studeerde hij eveneens aan de Sonologie-afdeling van het Koninklijk Conservatorium van Den Haag. Als improvisator (inside piano, live electronics) musiceerde hij samen met o.a. Ruth Barberan, Fred Van Hove, Andre Goudbeek, Mike Goyvaerts en Paul Rutherford. Hij schreef komposities in opdracht van o.a. het ensemble Champ d'Action en het Ensor strijkkwartet.

Electronic Hammer (Henry Vega, Diego Espinosa, Juan Parra) is een trio dat zich specialiseert in de uitvoering van stukken voor slagwerk en live elektronika. De elektronika is in dit ensemble een zelfstandig instrument geworden, evenwaardig aan het slagwerk. Door het belang van de live elektronika en de jonge leeftijd van de uitvoerders, is het niet te verwonderen dat het grootste deel van hun repertoire bestaat uit komposities van jonge komponisten. Vaak gaat het over stukken waar veel inventiviteit en/of improvisatie vereist wordt van de uitvoerders. De drie muzikanten (slagwerk en live elektronika) zijn afkomstig uit Amerika (VS, Mexico en Chili) waardoor zij ook geregeld werken van Amerikaanse komponisten uitvoeren. Dit jonge ensemble was reeds te horen in de VS, Mexico, Cuba, Engeland en Nederland. Henry Vega en Juan Parra zijn ook beide aktieve komponisten, vnl. van elektro-akoestische komposities.
website


Electronic Hammer




donderdag 30 maart: "+ - Ensemble"

programma:

  • James Saunders, 300306-A
  • Joanna Bailie, new work
  • Gabriel Erkoerka, Cuatro diferencias
  • Tim Parkinson, Two Cardboard Boxes
  • David Helbich, Hallo 1-5
  • Paul Craenen, Atman

+ - (Plus Minus) is een Engels/Belgisch ensemble dat zich toelegt op de uitvoering van nieuwe hedendaagse werken. Het ensemble werd opgericht in 2003 door de komponisten Joanna Bailie en Matthew Shlomowitz en heeft zich een flinke reputatie opgebouwd door de uitvoering van avant-garde-stukken, improvisatie en experimentele werken waarbij de instrumentatie open is en ingevuld wordt door de uitvoerders. Door hun nauwe samenwerking met verschillende jonge komponisten, is het niet te verwonderen dat ze ook reeds werken van deze jonge garde in première brachten. + - trad op in koncertzalen en festivals in Engeland, Nederland, België en de VS.
website

Atman, een Oudindisch woord dat tegelijkertijd de betekenis van 'adem' en 'ziel' in zich draagt, is een kompositie voor piano, klarinet en versterkte ademhaling. Zowel klarinettist als pianist gebruiken slechts de vier laagste tonen van hun instrument. In -en uitademing van de klarinettist zijn ritmisch genoteerd en vormen oorzaak en draagvlak van de hele kompositie. De adem kan toon worden en vice versa. Gaandeweg blaast de klarinet de grondtonen over, zodat natuurlijke boventonen ontstaan. De pianist slaat met één hand de vier laagste toetsen aan, de andere hand bespeelt de snaren op zo'n manier dat demping, perkussie of boventonen ontstaan… Er is geen sprake van dialoog of polyfonie, beide muzikanten zijn in hun akties op een radikale manier aan elkaar gekoppeld.
Paul Craenen (°1972) studeerde piano aan het Leuvense Lemmensinstituut bij docenten Mark Erkens en Frans Van Beveren. Zijn pianostudie werd verder verrijkt door een pianostage in Libramont en privé-lessen bij Boyan Vodenitcharov. Als komponist is Craenen vnl. autodidakt, hij volgde wel kompositieseminaries zoals de International Ictus Compositionseminar (met Thierry Demey en Jonathan Harvey), het Acanthes kompositieseminarie in Avignon en de Ferienkürse für Neue Musik in Darmstadt. Zijn werken werden uitgevoerd door gitarist Tom Pauwels, pianist Frederik Croene, Black Jackets Company, Het Collectief, het Oxalys ensemble, Apsara in zeer uiteenlopende landen als Rusland, Duitsland, Taiwan, Estland, Venezuela en Chili. Sinds 2005 doet hij een doktoraatsonderzoek aan de universiteit van Leiden. Naast zijn aktiviteiten als komponist, uitvoerder en researcher, is Paul Craenen ook aktief in tal van edukatieve projekten rond nieuwe en experimentele muziek. Hij werkte in samenwerking met organisaties als Musica, Ictus en MATRIX aan edukatieve projekten rond nieuwe muziek.

De recente werken van James Saunders -en dus ook het werk dat in Logos voorgesteld wordt- zijn gebaseerd op experimenten met zeer korte werken die hij laat ontwikkelen tot langere mozaïek-strukturen. Dit projekt -getiteld "#[unassigned]" gebruikt korte stukken in veranderende kombinaties met een unieke versie voor elke uitvoering van het werk. Dit betekent dat hij ook voor de uitvoering in Logos een nieuwe versie maakt helemaal toegespitst op de bezetting van het + - ensemble.
James Saunders studeerde aan de universiteit van Huddersfield waar hij nu zelf ook lesgeeft. Hij won een kompositieprijs op de Internationale Ferienkurse fur Neue Musik en sindsdien werd zijn werk gespeeld door gerenommeerde ensembles als Apartment House, London Sinfonietta, Irvine Arditti/Mieko Kanno, duo Contour, Ensemble Resonanz en Ensemble Recherche.

Tijdens Muziek in de Maak gaat ook een nieuw werk van Joanna Bailie (°1973) in wereldpremière. Deze komponiste en mede-oprichtster van het ensemble + - studeerde in Engeland, Nederland en de VS en woont momenteel in Brussel. Haar werk werd o.a. geselekteerd voor het Gaudeamus Festival en voor kursussen in het IRCAM. De uitvoerders van haar komposities waren o.a. Nieuw Ensemble, Slagwerkgroep Den Haag, Apartment House, Ictus Ensemble en de gitarist Seth Josel.

'Hallo 1-2-3-4-5'(2000-2002) van David Helbich is een geheel van vijf stukken waarbinnen de fysieke aanwezigheid van de gitaar geleidelijk verdwijnt ten voordele van het lichaam van de uitvoerder. Deze graduele verschuiving van de aandacht laat vermoeden dat een aspekt van de kompositorische kontinuïteit in dit werk bepaald wordt door de (lichaams)houding. Zo wordt retro-aktief pas duidelijk dat elementen die in 'Hallo 1' aanvankelijk als bijgeluiden geïnterpreteerd werden in wezen naar een specifieke technisch-muzikale situatie verwezen.
David Helbich (°1973, Berlijn) woont en werkt sinds 2002 in Brussel. Hij kreeg opdrachten van ensembles als Black Jackets Company (Brussel), Resonantsid (Tallinn) en het Ensemble Modern (Frankfurt) en zijn stukken waren te horen op koncerten in Duitsland, Nederland, België, Ijsland, Engeland, Denemarken en Estland. Sinds 2001 is hij ook aktief als muzikant (gitaar en geluidsimprovisatie), performer, koreograaf, fotograaf en konceptueel kunstenaar (o.a. met de danseres Shila Anaraki in "Keine-Spiele"). Hij deed zijn kompositiestudies in Amsterdam bij Daan Manneke en in Freiburg bij Mathias Spahlinger. Later volgde hij ook kompositiekursussen bij Helmut Lachenmann en aan de Darmstädter Ferienkurse für Neue Musik.