inhoud   editoriaal   kalender   koncertberichten   newfoundland   een kiekje   kolofon

Koncertberichten

 

 

Erwin Stache (D)
donderdag 9 januari 2003 om 20 uur

Een performance van Erwin Stache is een mengeling van teater, fysika, elektronika en klank. Hij slaagt er in om handelingen, voorwerpen en geluiden die op het eerste zicht niets met elkaar te maken hebben te verenigen in een surrealistisch-absurd aandoende vertoning. "Geen hiërarchie. Veeleer een demokratie van voorwerpen, plaatsen en klanken. Machines om zelf te bedienen, speeltuigen in de echte zin, uitnodigingen om samen vorm te geven. Ook hier geen hiërarchie. Een kreatieveling op het podium en veel kreatievelingen in de zaal. Of dit dan kunst wordt, blijft bijzaak. Kinderen geraken door de speelsheid snel bekoord terwijl volwassenen nog een mogelijke boodschap proberen te zoeken."( Steffen Schleiermacher bij het uitreiken van de "Gellert"- Preis, Kunstpreis 2001 Land Delitzsch).

De stukken die Stache in Logos komt spelen, geven een goed beeld van zijn bezigheden. In "Impulswahl" wordt een sampler bedient via een zevental (oude) telefoons. Door nummers te draaien of door te spreken in de telefoon kan je dit instrument bespelen. Draai je bijvoorbeeld de 3, dan hoor je 3 korte geluiden. In een ander werk ("Luftpumpen") worden pompen uit een wasmachine gebruikt om feedback te genereren. Verschillende afstanden produceren zo verschillende tonen. De "midi-roller" die in 2 andere werken gebruikt wordt, moet rondgereden worden om geluid te kunnen maken. Het instrument is een soort midi-synthesizer op wielen waarbij de richting en snelheid de klank beïnvloeden.

Stache heeft ook een grote hoeveelheid klanken verzameld (letterlijk!) in dozen, papieren zakken en boeken. Bij het openen van deze voorwerpen komt er geluid tevoorschijn. Door deze verzameling samen te zetten en te openen en te sluiten kun je dit "archief" bespelen.
Een ander instrument is de "Würfelräder" ("dobbelsteenwiel"), een muzikale transformator. Stemgeluiden worden opgenomen en door een zelf ontwikkeld programma in stukken opgedeeld. Via een wiel kan je het weergeven van deze samples beïnvloeden. Aan het instrument is een display met lichtjes verbonden dat cijfers (in een evendelig systeem weergeeft). Zo kan je zien wat er gebeurt met de samples. Hetzelfde basisprincipe is terug te vinden in de "4 Klangsteuerhebel", alleen gebeurt de kontrole over de samples nu via 4 grote hendels van 1 meter hoog.

Erwin Stache werd in 1960 geboren. In Leipzig studeerde hij fysika en wiskunde, tegelijkertijd volgde hij piano- en orgellessen. In 1975 bouwde hij zijn eerste elektronisch instrument, een synthesizer. Sinds 1985 is hij aktief als muzikant, instrumentenbouwer en komponist. Hij maakte installaties voor bijzondere plaatsen als grotten of het treinstation van Berlijn. Hij was op uiteenlopende festivals als Musikbiennale Berlin, Musica Viva, Donauschinger Musiktage 2002 , November Music of Bourges Festival Synthèse te horen.

Meer info op: www.erwinstache.de

 

 

<M&M> Ensemble
woensdag 15 januari 2003 om 20 uur

Het eerste <M&M> koncert van 2003 belooft weer heel bijzonder te worden. Er staan alvast enkele premieres op het programma. Zo schreef Jelle Meander een gloednieuw stuk voor onze robots, terwijl ook nieuw werk van Godfried-Willem Raes, van Barbara Buchowiec en van Kristof Lauwers te verwachten valt. Ook Moniek Darge zet het jaar in met een nieuw en fris idee...
Zoals steeds, worden ook nu weer enkele bijzonder goed geslaagde komposities uit het inmiddels toch aanzienlijk geworden repertoire van <M&M> hernomen.
Met spanning kijken we uit naar de premiere van de nieuwste robot in het orkest: <Flex>, de geautomatiseerde zingende zaag...


"uit Technofaustus, Tekne of de Mefisto-dans"


Bert Vandekerckhove en Kristof Lauwers bij <Troms>

 

 

Stefano Scodanibbio (IT)
donderdag 23 januari 2003 om 20 uur

Scodanibbio heeft met een indrukwekkende lijst komponisten en muzikanten samen gewerkt, vooral om op zoek te gaan naar nieuwe (technische) mogelijkheden voor de kontrabas. John Cage zelf was ook één en al lof over hem in één van zijn laatste interviews: "Stefano Scodanibbio is verbazingwekkend, ik heb nog niemand beter horen kontrabas spelen dan hij. Ik was echt verbaasd. En ik denk dat iedereen die hem gehoord heeft verbaasd was. Hij is buitengewoon. Zijn optreden was absolute magie."

De zoektocht naar nieuwigheden en de drang om de kontrabas "een eigen stem" te geven is het duidelijkst hoorbaar in de "Sei Studi"(1981-83) die op het programma staan. Scodanibbio is er van overtuigd dat die eigenheid van de kontrabas pas hoorbaar is "door het gebruik van harmonische boventonen die even goed en zelfs beter klinken dan de normale tonen." Met behulp van speciale boog- en pizzicato technieken worden deze boventonen duidelijk hoorbaar. "Alisei" (1986) gaat verder op deze (harmonische) weg en vertoont gelijkenissen met het werk van Sciarrino. "Zonder een echt duidelijke reden verstilt dit stuk voortdurend: de klank van ver uit elkaar gelegen boventonen die via snelle tremoli afwisselen met de open snaren, kreëert een melodie die als magma uit de diepste basnoten tevoorschijn komt terwijl de boventonen tot hemelse hoogtes stijgen."

"Geografia amorosa" (1994) en "Voyage that never ends" (1980-1997) verraden de voorliefde van Scodanibbio voor reizen (met of zonder kontrabas. "Geografia amorosa verkent de ritmische en perkussieve mogelijkheden van de kontrabas dat op dit gebied een "magisch instrument" blijkt te zijn omdat het de verwezenlijkingen van de traditionele muziek verenigt met de vernieuwingen en de openheid van de geïmproviseerde muziek".

Stefano Scodanibbio is wereldwijd te horen geweest op de grote festivals voor hedendaagse muziek. Komponisten als Bussotti, Donatoni, Ferneyhough, Frith, Globokar, Sciarrino en Xenakis schreven speciaal voor hem nieuwe werken. Hij werkte lange tijd samen met Luigi Nono ("arco mobile à la Stefano Scodanibbio" staat er geschreven op de partituur van "Prometeo"), Giacinto Scelsi, Terry Riley en de dichter Edoardo Sanguineti. Hij speelt geregeld samen met Rohan de Saram (cellist van het Arditti Quartet) en Markus Stockhausen (trompet). Als komponist schreef hij reeds meer dan 30 werken vooral voor strijkers. Verschillende van zijn komposities werden opgenomen door het Arditti Quartet. Scodanibbio is ook te horen op een vijftiental Cds met eigen werk en met werk van o.a. Cage, Sciarrino, Nono, Estrada en Ferneyhough. Sinds 1996 geeft hij ook lessen kontrabas tijdens de zomerkursussen in Darmstadt en in 1983 stichtte hij het nieuwe muziek festival "Rassegna di Nuova Musica" dat sindsdien jaarlijks plaatsvindt in Macerata (Italië).

Meer info op: www.stefanoscodanibbio.com

 

 

Elektro-akoestisch koncert
dinsdag 28 januari 2003 om 20 uur

Tony Leung kiest voor een zeer orkestrale aanpak in zijn "When light first shone" (2001). Samples van vioolharmonieken, pizzicati, krotalen en vibrafoon worden bewerkt en vermengd met donder- en glasgeluiden. Het resultaat klinkt als een elektronisch orkest dat speelt met kleur- en lichtschakeringen. Tony Leung werd in 1963 geboren in Hong Kong en verhuisde in 1970 naar Canada. Pas op 26-jarige leeftijd -na zijn ingenieur studies- ging hij muziek studeren bij Chan Ka Nin, professor aan de universiteit van Toronto. Naast elektronische komposities schrijft hij ook werk voor traditionele Westerse en Chinese instrumenten (o.a. een werk voor het Luxembourg Sinfonietta orkest).

David Dunn haalde zijn geluiden voor "... with zitterings of flight released" (1993) uit een analoge synthesizer (eigenlijk een videorecorder die ook interessante geluiden produceerde). Vervolgens werden deze geluiden digitaal bewerkt. Dunn verkiest deze analoge geluiden om wille van hun rijke en onvoorspelbare klank. De sirene-geluiden geven het stuk een zeer krachtig en energiek karakter. "... with zitterings of flight released" is opgedragen aan Dunn's vroegere leraar, de Amerikaanse komponist Kenneth Gaburo. David Dunn (°1953) was tussen 1970 en 1974 assistent van de Amerikaanse komponist Harry Partch. Daarna was hij op uiteenlopende manieren bezig met geluid: hij ontwierp openlucht installaties, verzorgde soundtrack bij video's en films, komponeerde muziek voor traditionele instrumenten, schreef boeken en artikels (o.a. over Harry Partch) en deed onderzoek over bio-acoustics (waar hij ook uitgebreid over publiceerde).

Het polyfone "Carotaggi macroperiodici" (2001) is een cyklus van drie werken gebaseerd op ritmische patronen. In de eerste versie worden stemsamples gebruikt, in de twee andere achtereenvolgens kontrabas- en klarinetfragmenten. Het stuk is volledig gebaseerd op een eenvoudige cut&paste werkwijze zonder elektronische vervormingen. Wat niet wil zeggen dat Andrea Valle (°1974) niet tuis is in de elektronika. Deze Italiaan schrijft zelf software, werkt aan de multimedia fakulteit van de universiteit van Turijn, doktoreert in de semiotiek en is vooral aktief als bassist in vrije improvisaties.

"Elephants" (1998) is niets anders dan een opname van een groep slapende olifanten in het Keniaanse grasland. Maar Chris Watson slaagt er via een omgekeerde metode in om hiervan een elektro-akoestische kompositie te maken. Hij begint het geluid niet ná de opname te bewerken maar kiest op het moment van de opname zelf voor gespecialiseerde mikrofoontechnieken ("precision miking") waardoor hij het selektie van het geluiden binnen de omgevingsgeluiden kan bepalen. Chris Watson is een geluidstechnikus die vooral voor de BBC radio en televisie opnames maakt voor natuurdocumentaires. Tijdens de jaren '70 en '80 speelde hij mee in het Engelse Cabaret Voltaire ensemble (elektronika + tape) en het Hafler Trio (live sounscapes).

Kristof Lauwers staat in voor de spatialisatie van dit koncert. Hij studeerde gitaar en kompositie aan het konservatorium in Gent. Sedert 2002 werkt hij in Logos waar hij instaat voor het programmeren van de muziekrobots.