Godfried-Willem RAES

Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 3: Vormleer

Hogeschool Gent : Departement Muziek & Drama


<Terug naar inhoudstafel kursus>

3052:

 

A Second Book of Fugues

 

 

Nadat ik een eerste reeks van 16 fugas had gemaakt en opgenomen in de bundel 'A Book of Fugues', nam ik me voor nog heel wat verder aan de komponeersoftware te gaan sleutelen. Aanvankelijk omdat ik haar geschikt wilde maken om binnen allerlei bestaande en gevestigde estetieken, aanvaardbare fugas te komponeren. Na daar toch wel enkele maanden mee te zijn bezig geweest, en na bij wijze van experiment minstens zo'n twintigtal grote fugas te hebben geschreven en beluisterd, begon ik het opzet alsmaar meer vervelend te vinden. Toen gooide ik het roer resoluut om, en wijzigde het verloop van het softwareontwikkelingsproces grondig. Het eerste proces gaf aanleiding tot een eerste fugabundel en kan gezien worden als konstruktief. Het nu ingezette proces, werd er een van dekonstruktie, waarbij de grenzen van de fuga-vorm alsmaar verder werden verlegd. Een eerste aanzet daartoe was de vraag bij verschillende vrienden en musici, naar specifieke fugas die met de bestaande software niet konden worden geschreven (bvb. driestemmige, zuiver ritmische, vizuele en/of videofugas, verbale fugas, multimedia-fugas...). Daarnaast echter werd de software ook uitgebreid met een extra module waarin heel wat elementen ontleend aan de klassieke retoriek in de fugas kon worden ingebracht.

 

Hierna volgen dan de inleidingsteksten bij alle fugas behorende tot het tweede boek.

 

 

FUGA 17 - Ango Laina Fuga

Deze fuga onstond op vraag van het Nederlandse trio Ango Laina. Het bijzondere aan dit trio is dat het bestaat uit cello, piano en... spreekstem (Jaap Blonk). Voor dergelijk ensemble was het nodig de fugasoftware duchtig te wijzigen opdat ook foneem-temas met een muzikaal equivalent verwerkt zouden kunnen worden.

De foneem-tabel - die in dit stuk volledig is gesteund op de normale uitspraak in de nederlandse taal - ziet eruit alsvolgt:

aaa èèè ÿÿÿ ÉÉÉ iii uuu eu oe ooo o(h) a(h)

Haa He Hij Hee Hie Huu Heu Hoe Hoo Hoh Hah

Zaa Ze Zij Zee Zie Zuu Zeu Zoe Zoo Zoh Zah

njaa njui njei njee njie njuu njeu njoe njoo njo nja

maa mui mij mee mie muu mjeu moe moo mo mja

djaa djui djei djee djie djuu djeu djoe djoo djo dja

kaa ke kei kee kie ku keu koe koo ko ka

ta tu ty te ti tu tu toe to to ta

 

Omwille van uitspraaktechniek en overwegingen die te maken hebben met de melodievoering, zijn er wel hier en daar afwijkingen van dit plan doorgevoerd. Ook zal opvallen dat er niet werd gekozen voor een strikte afbeelding van de twaalf noten op twaalf fonemen. Hierdoor komt er immers een verrassingselement in de wijze waarop modulaties kunnen worden doorgevoerd, analoog aan wat we horen in modulerende muziek gespeeld in een niet- getemperde stemming.De fuga zet in met de spreekstem, die het tema voorstelt :

 

Djuukoo kiekeuzaanja hoe

nja djoedjag kikukoeko

zi djeikaa kakaakoekie hoo

 

Dan volgen de andere stemmen met een muzikaal aansluitend equivalent. Deze foneem-georienteerde aanpak maakt een vorm van transpositie en modulatie mogelijk. Hetzelfde tema, een tritonus lager bvb. klinkt dan als:

 

Djaakee kokuizuunjm hij

njm djeidjm kokaakeikie

zo djeikuu rkuukeiko hee

 

Het tempo voor deze fuga dient tamelijk snel te worden genomen (MM 120 bvb.). Wijzigingstekens gelden uitsluitend voor de maat waarbinnen ze voorkomen. De spreekstem werd op 1 lijn genoteerd. De notatie met in hoogte verspringende x -tekens, geeft min of meer het melodieverloop weer, maar het is absoluut niet de bedoeling de partij te gaan zingen!

 

 

 

 

 

Orgeltriptiek

deel 1: FUGA 18

deel 2: FUGA 19

deel 3: KORAAL

 

De beide fugas uit deze triptiek behoren tot de verzameling ' A Second Book of Fugues', een verzameling fugas die in tegenstelling tot die uit het eerste boek, werden geschreven met een voor elke fuga specifiek komputerprogramma. Het opzet van deze reeks bestond er immers in, de fuga- vorm door geleidelijke verbreding, veralgemening en abstrahering stapje per stapje te verruimen tot op de grens van zijn definitiegebied.

Fuga 18 vormt een koppel met Fuga 19, onder meer omdat ze voor een stuk van hetzelfde melodisch materiaal voor dux en comes gebruik maken. Fuga 18 (Fuga Largo) is uiterst meditatief en rustig, terwijl Fuga 19 (Fuga Larghetto) levendiger en meer versierd is. Eigenlijk zijn het twee dubbelfugas die elkaars spiegelbeeld vormen. Een tweeluik dus.

Door toevoeging van een koraal -op hetzelfde tematisch materiaal gebaseerd- ontstond dan ook een kompositorisch drieluik. Als triptiek werden deze drie stukken van bij het begin gedacht en uitgeschreven voor orgel. Bij uitvoering kan de volgorde der delen vrij worden gekozen.

Voor de uitvoering dacht ik aan een groot kerkorgel met uitgebreide registratiemogelijkheden, hoewel aanduidingen voor registratie in de partituur zelf ontbreken. Voor het pedaal dient in elk geval een 16voet-register te worden genomen. Gezien de onkonventionele harmonie waarvan in dit stuk gebruik gemaakt wordt, moet voorzichtig omgesprongen worden met het gebruik van bepaalde mixtuurregisters. Voor fuga 18 dacht ik aan registers zoals bourdon, gedekt, fluit, .... kortom, zachte ingetogen registers. Fuga 19 is beter gediend met een flamboyante registratie inclusief trompetten, bazuin, fagot... Registerwisselingen, mogen maximaal worden benut in funktie van de motivische verwerking in het stuk. Indien een Italiaans orgel ter beschikking staat, waarin 'kermis'effekten voorhanden zijn ( trom en glockenspiel bvb.) kan in de maten 6, 11, 18, 49, 58 een tromslag worden ingelast, en kunnen hier en daar motieven uit de sopraan op het glockenspiel worden gespeeld.

Waar de tessituur die van het orgelklavier te buiten gaat, mag uiteraard een 4-voet of 2-voet ingezet worden. In de maten 103 tot 107 dient geleidelijk een registratie te worden ingezet die verwijst naar die gebruikt in fuga 18. Deze registratie blijft slechts even - als verwijzing - aanwezig en vanaf maat 131, ten laatste - dienen we opnieuw in de voor fuga19 typische registratie aangekomen te zijn.

Het tempo voor Fuga 18 is Largo (MM40-58), maar dient te worden bepaald in funktie van de akoestiek. Fuga 19 , Larghetto ( 60-72), maar hier kunnen voor de drie delen waaruit deze fuga bestaat, lichtjes verschillende tempi worden genomen.

De uitvoering van het koraal laat veel vrijheid aan de uitvoerder. Zoals eerder gezegd wordt hierin uitsluitend gebruik gemaakt van thematisch materiaal uit de beide fugas. Dit materiaal komt hetzij in de sopraan, hetzij in het pedaal voor. Het koraal is een fragmentarische vorm: het bestaat uit geharmoniseerde flarden. Elke flard eindigt op een rust-met-orgelpunt. Voor elke flard mag een geheel eigen en verschillend tempo worden gekozen, terwijl ook de registratie telkens verschillend genomen mag worden. Extreme tempi dienen niet te worden geschuwd! Een tempo M.M.20 is bijvoorbeeld toegelaten. Men kieze echter de tempi liefst zo, dat er helemaal geen metrisch afleidbaar verband tussen bestaat. Het is de organist toegestaan, waar mogelijk eigen versieringen toe te voegen.

07.08.91 - 20.10.1991/24.03.92

memo :

source file voor Fuga 18:

FUGA18B.BIN 48785Bytes 09.08.1991

programmaversie FUPROC1-FUPROC2-FUPROC3

notatieprogrammas : DARMS - LINDEC - NP

zie ook txt file in subdirectory C:\np\f19

source files voor orgelkoraal:

C:\np\orgkor handen.doc & B.doc 23.03.92

programmaversie KORAAL d.d. 23.03.92

koraal-input file : ORGEL.KOR

 

Fuga Memento (Fuga 20)

 

 

[Import graphic C:\ws\pix\F20.PIX here.]

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Deze fuga kwam tot stand na het vernemen van het plotse en onverwachte overlijden op 28 maart 1992 van mijn vriend en kollega Eric Dequecker, een van de weinige fluitisten in ons land die zich speciaal voor nieuwe muziek inzetten. De bezetting, een duo voor dwarsfluit en klavier (piano, tangentenflügel, pianoforte of clavecimbel) is daarmee meteen verklaard evenals het fragiel zoniet fragmentarisch karakter van het thematisch materiaal en de uitwerking ervan. Het tempo moet eerder traag worden genomen zo dat de fluit de gelegenheid krijgt de melodie op een timbraal gevarieerde wijze (lyrisch- elegisch en met inflekties) te laten klinken. De enkele rusten en orgelpunten die in de fuga voorkomen, dienen de metriek volledig op te heffen. De maten mogen dus niet worden afgeteld. De fuga breekt af, nog voor het einde van de finale.

Zoals in de meeste van mijn fuga's is ook hier volledig afgezien van het opgeven van dynamiek, artikulatie en frasering. Dit betekent echter absoluut niet dat de uitvoerder deze muziek mechanisch zou dienen te spelen. Integendeel, ik probeer hiermee aan te sluiten bij de voor-romantische muziektraditie, waarin al deze aspekten tot het interpretatiegebied van de uitvoerder behoren. Zo wordt deze uitdrukkelijk toegestaan, melodische zinnen te versieren met voorslagen, trillers e.d.. Ook voor de dynamiek -en in dit stuk kan rijkelijk van overgangsdynamiek gebruik worden gemaakt- dient hij de aanwijzingen op grond van zijn interpretatieve vizie zelf in de partituur aan te brengen.

Op sommige aangehouden noten in de fluit-partij werd een + genoteerd. Uitgaande van de voorgeschreven noot, dient de uitvoerder hier een multiphonic op te bouwen. Ook op andere plaatsen in het stuk is het gebruik van multiphonics mogelijk en toegelaten, maar liet ik het volledig aan de interpretatie van de uitvoerder over. Het stuk werd met opzet, voor de fluitpartij, in lange notenwaarden geschreven om het brede timbrale pallet van de fluit aan bod te laten komen. De nagestreefde fluitklank is niet die van het symfonisch orkest! Elke klank dient in het instrument tot leven te worden gebracht en dit proces mag hoorbaar zijn.

Deze fuga werd gekreeerd door Karin DEFLEYT (fluit) en Marc MAES (piano). [29.03 - 02.04.1992], opgenomen op CD: CD XI117, 1995.

files: C:\np\f20\flute.doc en piano.doc

C:\qb45\fuga\fuga20\fuga20.bin

 

 

 

Fuga 10.000 years of Happiness (Fuga 21)

 

Deze fuga kwam, samen met het koraal 'Plum Blossoms', tot stand op uitdrukkelijke vraag van de Chinese organisatoren van een van mijn koncerten in Shangai, die erop stond dat we met het Logos Duo ook Chinees werk op het programma zouden nemen. De fuga werd geschreven in een hotelkamer in Shangai en beleefde zijn premiere nog geen 3 uur na de voltooing van de kompositie.

Het thematisch materiaal is afkomstig uit het noorden van China (de Kirin provincie). 10000 jaar geluk is de oorspronkelijke titel van de melodie, waarvan echter de tekst niet is bewaard. De melodie wordt meestal gezongen met een tekst ontleend aan het boek der riten, toegeschreven aan Confucius.

In de fuga wordt het melodisch materiaal gebruikt voor zoewel de dux als voor de comes. Het tempo is traag (andante grave) en de uitdrukking rustig en bezadigd.

Voor de instrumentatie komen instrumenten uit de oude muziek in aanmerking (pommer, schalmei, doedelzak, draailier, clavecimbel, luit, blokfluit e.d.) evenals uiteraard traditioneel Chinese instrumenten (Cheng, Erhu, Pipa...). [05.08.1992]

 

Fuga 22 '20 two Cage'

 

F

U

CAGE

E

FUGUE

CA

Als dux voor deze fuga nam ik een willekeurige noot uit telkens één verschillende kompositie van John Cage. De komposities waren 'Atlas Eclipticalis', 'Winter Music', 'Ryanghi', 'Cheap Imitation', 'Wonderfull Widow of eighteen springs' en 'Music of Changes'. De dux is slechts één enkele maat lang en de comes werd hieruit door de komputer afgeleid.

De uiterst beknopte fuga -slechts 18 maten lang- die van dit materiaal het gevolg was, ontstond met behulp van een speciale versie van het Fuga- programma, dat ik voor deze Cageiaanse gelegenheid infekteerde met een komputervirus. Dit virus id werkzaam in het programma volgens verschijningsregels ontleend aan de I Ching en zijn effekt bestaat erin dat het op willekeurige plaatsen akkoorden opgebouwd uit tersen, infekteert met kwarten. Alhoewel de fuga niet minder dan 6 modulaties doorloopt (C,G,D,E,B,C), wordt deze opbouw volkomen verdonkeremaand door het desastreus effekt van dit kwartenvirus. De fuga kan zowel op besnaarde toetsinstrumenten, als op exotische instrumenten gespeeld worden.De fuga onstond op vraag van het Duitse tijdschrift 'Musiktexte' , dat een bijdrage vroeg in verband met een themanummer gewijd aan de op 12 augustus 1992 overleden John Cage.

 


Terug naar inhoudstafel kursus: <Index Kursus>

Naar homepage dr.Godfried-Willem RAES